met Marjan Slob
zondag 14 april 2024
Wat hebben neodarwinisme, intimiteit van vreemden, Aristotelische logica en zwangerschap met elkaar gemeen? Ze ordenen de realiteit, zijn een werkelijkheid, en bevragen wat eenheid is, wat eigen is en wat vreemd is. Zonder die ordeningen ervaren we een (bedreigende) chaos. Op het eerste oog lijken deze ordeningen elkaar zelfs tegen te spreken.
Marjan Slob, Denker des Vaderlands, pleit ervoor ze tegelijkertijd te zien, pluralistisch. Zo deed zij op 14 april, tijdens de Maand van de Filosofie in Den Haag “een poging om het thema chaos in de ruimte te plaatsen”. Want ruim denken, dat is waar Marjan voor staat. De vraag die zij op deze dag oppakte: “Op welke manier is de ordening er? Vooral en uitsluitend in ons hoofd, of ook in de realiteit zelf?”
De zaal zat goed vol, de sfeer was goed. De middag werd afgetrapt door Jonge Denker Suzanna Kooijman waarin ze scherp haar tegengif op chaos deelde: kleinschalige cultuur, die is gebonden in de tijd en plaats, brengt kunst voort die wordt gemaakt voor en door mensen. Zonder te universeel te worden, helpt deze kunst en cultuur ons om te gaan met chaos. Daarna was het aan Marjan.
De activiteit van het ordenen is noodzakelijk voor mensen stelt Marjan. Op zijn minst heeft deze activiteit het doel om ons thuis te laten voelen in de realiteit. Dat maakt een ordening niet per definitie logisch en vanzelfsprekend: “wanneer telt een groepje bomen als een bos?”. Afhankelijk van onze taal, cultuur, tijd, en soort, brengen we een ordening aan die bepaalde vormen van zijn en doen voor ons mogelijk maken. Daarbij blijven andere mogelijke manieren van leven en in cultuur brengen onderbelicht. Het is dan ook nodig onze ordeningen te bevragen en te beredeneren. De impuls daartoe is volgens Marjan de kern van de filosofie.
Deze zondagmiddag doet Marjan dit met de manier waarop de Westerse wetenschap de levende materie heeft georganiseerd, en door te illustreren hoe het denken over zwangerschap ‘de Aristotelische logica met voeten treed’. Ze vraagt zich af wat we in het licht van deze ordeningen kunnen zien en wat in de schaduw komt te staan.
De dominante ordening van leven is gebaseerd op het neodarwinisme. Hierin is de centrale eenheid waarmee we de realiteit ordenen het gen: het pakketje met de informatie voor het beste gedrag ‘wint’. De vraag “wie of wat is in strijd met elkaar” staat hier centraal. Daar tegenover kwam in de 20ste eeuw Lynn Margulis met haar hypothese van de intimiteit van vreemden. Zij ontdekte hoe vreemden, zoals verschillende bacteriën, tot één versmelten: symbiogenese als drijvende kracht achter de evolutie. De grens tussen wat eigen is en wat vreemd vervaagt. Denk maar aan het microbioom in onze darmen, of alle bacteriën en schimmels op onze huid met wie we onlosmakelijk verbonden zijn.
Van het leven als zodanig, schakelt Marjan naar een meer persoonlijke schaal: nieuw menselijk leven. De drie wetten van de Aristotelische logica (identiteit, non-contradictie en de wet van de uitgesloten derde) gaan niet op voor de lichamelijk ervaring van de zwangerschap. Je bent je baby wel en tegelijkertijd niet, de baby is jou wel en tegelijkertijd niet. Het probleem is niet deze absurde ervaring, maar de logica zelf. Het is een logica die voor veel situaties werkt, maar niet opgaat voor de zwangerschap. Wat kunnen we dan van de ervaring van zwangerschap leren over de structuur van het leven?
Volgens Marjan sluiten al deze vormen van het leven ordenen elkaar niet uit. Geen van die ordeningen is neutraal en ze zijn even werkelijk. Ze belichten voornamelijk een andere deel of een andere kant van de realiteit. Ze brengen ieder op een eigen manier ordening aan in de werkelijkheid.
Over de auteur
Yvonne Faber is één van de Meedenkers van Filosofie in Den Haag. Ze is opgeleid tot filosoof aan de Universiteit van Amsterdam (BA en MA) en werkt al een ruim decennium in de wereld van voedsel en landbouw. In haar werk als freelance programmamaker brengt ze de voedseltransitie en filosofie bij elkaar.